Jacobus Reijners ged. 30-10-1743

Jacobus Reijners, ged. Roggel 30 oktober 1743.
Korte samenvatting

Gedoopt:


 

Getrouwd:

Kinderen:



Begraven:
Overlijden:

Jacobus Reijners: Roggel 30 oktober 1743.
Martina Ketelaers: Heythuysen 15 maart 1743.
Catherina Wiers: Baexem 14 september 1751.
1e huwelijk met Martijntje Ketelaars: Leiden 30 januari 1767.
2e huwelijk met Catharina Wijers: Roggel 7 januari 1784.
Uit het eerste huwelijk 5 kinderen: Godefridus Reiners (1767), Caecilia Reiners (1774), Matthias Reiners (1777), Joanna Catharina Reijners (1780) en Wilhelmina Reynders (1782).
Uit het tweede huwelijk 3 kinderen: Martinus Reynders (1784), Helena Reynders (1788) en
Cornelia Reynders (1793).
Martina Ketelaers: Heythuysen 31 oktober 1783.
Jacques Reynders: Heythuysen 2 juli 1817.
Catherina Weijers: Heythuysen 21 december 1821.

Voor de uitgebreide gezinskaart ga naar "Stamboomprogramma" onder de blauwe button.

Naamgebruik:

Jacobus Reijners
Jacobus Rijnders
Jacobus Reiners
Jacobus Reiners
Jacobus Reynders
Jacobus Reyners
Jacobus Reynders
Jacques Reynders
Jacques Reynders

Martina Ketelaers

Martijntje Ketelaars
Martina Ketelaers
Martina Ketelaers

Catharina Wiers
Catharina Wijers
Catharina Wyers
Catharine Wiers
Catherina Weijers



1743
1767
1767
1774
1782
1783
1784
1805
1817

1743
1767
1767

1783

1751
1784
1784
1805
1821

Bron:

Doopinschrijving Jacobus Reijners, 30-10-1743, bron 1.
Trouwakte Jacobus en Martijntje, 30-1-1667, bron 2.
Doopinschrijving Godefridus Reiners, 24-3-1767, bron 3.
Doopinschrijving Caecilia Reiners, 31-8-1774, bron 4.
Doopinschrijving Wilhelmina Reynders, 27-12-1782, bron 5.
Begraafinschrijving Martina Ketelaers, 31-10-1783, bron 6.
Trouwinschrijving Jacobus en Catharina, 7-1-1784, bron 7.
Bevolkingsregister gemeente Heythuysen, 1805, bron 16.

Overlijdensakte Jacques Reynders, 2-7-1817, bron 8.

Doopinschrijving Martina Ketelaers, 15-3-1743, bron 9.
Trouwakte Jacobus en Martijntje, 30-1-167, bron 2.
Doopinschrijving Godefridus Reiners, 24-3-1767, bron 3.
Begraafinschrijving Martina Ketelaers, 31-10-1783, bron 6.

Doopinschrijving Catharina Wiers, 14-9-1751, bron 10.
Trouwinschrijving Jacobus en Catharina, 7-1-1784, bron 7.

Doopinschrijving Martinus Reynders, 21-11-1784, bron 11.
Bevolkingsregister gemeente Heythuysen, 1805, bron 16.

Overlijdensakte Catherina Weijers, 21-12-1821, bron 12.

Catharina wordt in 1751 gedoopt als Wiers. Bedenk dat dit een notatie is die rechtstreeks uit het Limburgs dialect is opgeschreven. Fonetisch (dus hoe het klonk toen de aangever dit vertelde) zal het waarschijnlijk "Wi-ers"  zijn geweest, in andere notaties opgeschreven als Wyers of Wijers.

Woonplaats:

Jacobus Reijners
is in 1743 gedoopt in de parochie Roggel. Zoals in het verhaal over zijn ouders verteld, is hij met het ouderlijk gezin snel daarna (1744-1745) verhuisd naar de parochie Heythuysen.
De volgende vier kinderen (1746-1754) worden allen in Heythuysen gedoopt. In 1766, bij de census van pastoor Geenen, blijkt dat ze wonen op de boerderij "Aen't Broek" te Roligt, parochie Heythuysen. In de inventarisatie heeft de boerderij het adres nr 159.

Bij deze telling woont Jacobus niet meer in Heythuysen. Op 30-1-1767 trouwt hij in Leiden met de Heythuysense Martina Ketelaers. Zoals velen in die tijd in Midden-Limburg is Jacobus, toen 23 jaar oud, uit gaan werken, en hij deed dat in de blekerij-industrie in Holland.
Na dit huwelijk kwam het kersverse echtpaar snel terug naar Heythuysen. Hun eerstgeborene, Godefridus, wordt op 24 maart 1767 in Heythuysen gedoopt.

In de periode daarna zijn Jacobus en Martina gaan boeren op de Heide in Heythuysen. In 1817 overlijdt Jacobus, volgens zijn overlijdensakte, in het huis nr 211, sectie Heide, gemeente Heythuysen. De boerderij die later bekend stond, zoals we nog zullen zien, als "Hoof Keupke".

Martina Ketelaers is in 1743 gedoopt in Heythuysen. Zij heeft Jacobus waarschijnlijk leren kennen in de blekerij in Leiden. Na hun huwelijk woonde Martina met haar gezin waarschijnlijk op het bovengenoemd adres in Heythuysen. Ze is in 1783 in Heythuysen begraven.

Catharina Wijers is in 1751 gedoopt in Baexem. Zij trouwt in 1784 met Jacobus in Roggel. Opvallend want meestal trouwt men in de parochie van de bruid. Mogelijk dat haar ouderlijk gezin daarvoor van Baexem naar Roggel was verhuisd, en zij intussen parochiaan van Roggel was.
In 1821 overlijdt Catharina in haar woning op de Heide, gemeente Heythuysen. Zij is na haar huwelijk bij Jacobus gaan wonen, krijgt met hem nog drie kinderen en overlijdt daar in 1821.


Werkzaam leven/beroepen: 

Jacobus: Blekersknecht in Leiden, 1767 (bron 2), landbouwer in 1817 (bron 8).

Martina: Blekersmeid in Leiden in 1767 (bron 2).

Catharina: dagloonster in 1821 (bron 12). 


Levensverhaal

Geboorte en doop

Jacobus Reijners wordt op 30 oktober 1743 gedoopt, als oudst geboren zoon van Cornelius Reners en Wilhelmina Willekens:

Doopinschrijving van Jacobus Reijners, Roggel 30 oktober 1743.

Transcriptie:
(1743)
30 octobris. Baptisatus est Jacobus, filius legitimus Cornely Reijners et Wilhelmina Willekes,
coniugum. Susceptores: Jacobo Willekes et Joanna Verlings.
 
Vertaling:
(1743)
30 oktober. Gedoopt is Jacobus, wettige zoon van Cornelius Reijners en Wilhelmina Willekes,
zijn echtgenote. Peetouders: Jacobus Willekes en Joanna Verlings.
 
Bron: Doopregister R.K. parochie H. Petrus te Roggel, 1687-1797, fol. 36 r /
Genver, Limburg, Roggel, archief-ID M9W1-FTK, dopen 1687-1797, filmpag. 183, rechts, bron 1. 


Zijn toekomstige echtgenote, Martina Ketelaers, was toen al een aantal maanden oud, geboren in buurdorp Heythuysen:

Doopinschrijving van Martina Ketelaers, Heythuysen 15 maart 1743.

Transcriptie:                                               
(1743)
15 marty. Baptisata est Martina, fi-
lia Godefridi Ketelaers et Catharinae
Schreurs, conjugum. Susceperunt: Walthe-   
rus Mooren et Joanna Beijens.

Vertaling:
(1743) 
15 maart. Gedoopt is Martina, doch-
ter van Godefridus Ketelaers en van Catharina
Schreurs, zijn echtgenote. Doopgetuigen: Walthe-           
rus Mooren en Joanna Beijens.

Bron: Doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 43 r /
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 177, rechts, bron 9.

Huwelijk

Uit de census, of telling van parochianen, van pastoor Geenen in de parochie Heythuysen weten we dat Jacobus  in 1766 niet meer thuis op de boerderij woonde. Uit zijn trouwakte voor de schepenbank in Leiden, Holland weten we nu ook waar hij toen wel woonde:


Trouwakte van Jacobus Rijnders en Martijntje Ketelaars, Leiden 30 januari 1767.

Transcriptie:
                                                                           
t 1e gebod den 31 january 1767.             
t 2e gebod den 7 february.                       
t 3e gebod den 14 idem.   
                       
Getrouwd voor de H.H. Barthout Adriaan
van Assendelft en M. Cornelis van Tol,     
scheepenen op den 14e february 1767.       

Aangeteykent den 30e
january 1767.
Jacobus Rijnders, bleekersknecht,
jongman van Heythuysen int         
Keysersche, wonende op de tweede
bleyk buyten de Koepoort, getuigd(?)         
met Jan van Deursen zijn goede     
bekende, wonende op de St. Ja-
Cobsgragt.
                          met

Martijntje Ketelaars, jongedame
van Heythuysen int Keysersche,
wonende op de tweede bleyk
buyten de Koepoort, getuigd(?) van
Dirkje vander Burg, haar
goede bekende, wonende op de
St. Jacobsgragt.

Bron: Gemeentearchief Leiden, brief 18-4-1986, archief BS Schepentrouwregister, nr. M, fol.236 v, bron 2.


In de brief van 18 april 1986 wordt nog vermeld dat er van dit echtpaar in Leiden geen kinderen zijn gedoopt. Na het huwelijk is het kersverse echtpaar meteen terug gekeerd naar Heythuysen. Daar worden hun 5 kinderen gedoopt.


Intermezzo: Teuten, schepers en blekers of, Midden-Limburgse reislust op het einde der 18e eeuw.

"...de ingesetenen van Nederweert moeten genoodtsaeckt syn (tot) uytsenden haere kinderen buytenlandts(...) vermits voor hun in dit ellendigh landt niet te winnen en is"
Hendrick de Haes, pastoor van Nederweert, 1725-1747.

Dit is kernachtig de reden waarom zoveel van zijn parochianen naar den vreemde zijn getrokken op zoek naar werk. Deze notitie tipt daarmee een fenomeen aan uit het einde van de 18e eeuw: de seizoensarbeid. Dit gold niet alleen voor Nederweertenaren, maar voor veel Midden-Limburgers.
Het betreft teuten, die op handel gingen naar Noord-Duitsland, om daar koperen gebruiksvoorwerpen te verkopen en te repareren. En schepers die naar Vlaanderen en Brabant gingen om daar schapen te hoeden of daarin te handelen.
En tenslotte de blekers. Daarover staat hieronder een passage uit de publicatie "Nederweerts Verleden", bron 13.


In de trouwakte kunnen we lezen dat Jacobus en Martijntje woonden op de 2e bleek, buiten de Koepoort. Daarmee is wel ongeveer te bepalen waar zij gewoond hebben, zie hieronder de stadsplattegrond van Leiden.

Schets van Leiden, uit ca 1550, getekend door Pieter  Sluyter. De oude Koepoort bevindt zich aan de zuidkant van de stad, naast de waterpoort waar de Vliet de stad binnenkomt (bron Wikipedia).

De Koepoort is een voormalige stadspoort in Leiden. Voor de poort lag een brug over de Witte singel. De poort ontleent zijn naam aan het feit dat via deze poort het vee de stad in en uit gebracht werd.
Deze poort was gebouwd in 1671-1672 op dezelfde plaats als de oude Koepoort, een middeleeuwse stadpoort van Leiden  uit ca. 1400. De oude Koepoort is te zien is op de tekening hierboven (bron Wikipedia).

Dus toen Jacobus en Martijntje op de 2e bleek buiten deze Koepoort woonden tot 1767 gingen ze de stad in en uit door deze vernieuwde stadspoort. Hieronder twee afbeeldingen van dat gebouw (bron Wikipedia):

Links een tekening van Jacob Timmermans uit ca 1780 van de Koepoort en de Koepoortsgracht. Zo zal deze er uitgezien hebben in de tijd dat Jacobus en Martijntje in Leiden woonden.
Rechts een foto van de Koepoort net voor de sloop, dus ca 1864, genomen vanaf de singelzijde, dus buiten de stad.

Kinderen

Nadat Jacobus en Martina thuis waren gekomen in Heythuysen werd hun eerste kind geboren en gedoopt:

1. Doopinschrijving van Godefridus Reiners, Heythuysen 24 maart 1767.

Transcriptie:
1767
24 marty. Baptizatus est Godefridus, 
filius Jacobi Reiners et Martinae
Ketelaers, conjugum. Susceperunt:
Cornelius Reiners et Catharina
Schreurs.

Vertaling:     
1767
24 maart. Gedoopt is Godefridus,
zoon van Jacobus Reiners en van Martina
Ketelaers, zijn echtgenote. Peetouders:
Cornelius Reiners en Catharina 
Schreurs.

Bron: Doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 90 r/
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 225, rechts, bron 3.

Bij deze doop zijn de opa van vaderskant (Cornelius Reiners) en oma van moederskant (Catharina Schreurs) peetouders, vaak een traditie bij de eerstgeborene.

Godefridus werd dus gedoopt op 24 maart 1767, wat betekent  dat Martina tijdens haar huwelijk op 30-1-1767 al ruim 7 maanden zwanger was. Daarmee is zij bij het huwelijk nog langer zwanger dan de moeder van Jacobus (6,5 maand) en de oma van Jacobus (5 maanden).

"Moetjes" kwamen in die tijd nogal eens voor. Over dat thema in het geval van de familie Reijnders heb ik een apart onderzoekje gedaan en daarover een hoofdstuk geschreven. Op de webpagina "Thema's" onder de titel "Hartstocht in de 18e en 19e eeuw; of, een overzicht van de "moetjes" bij de familie Reijnders".

Pas 7 jaar na deze eerste doop wordt hun tweede kind gedoopt. Ik wil deze inschrijving hier laten zien omdat hij heel mooi verwijst naar hun huwelijk in Leiden:

2. Doopinschrijving van Caecilia Reiners, Heythuysen 31 augustus 1774.

Transcriptie:                                                         |
1774
31 augusti. Baptizata est Caecilia, filia
Jacobi Reiners et Martinae Ketelaers, qui
matrimonium contraxerunt ^Leidae in Hollandia.
Suscipientibus: Angelo Hendrix et                       
Catharina Reijners.     

Vertaling:
1774
31 augustus. Gedoopt is Caecilia, dochter van
Jacobus Reiners en van Martina Ketelaers, die
een huwelijk sloten in Leiden in Holland.
Peetouders: Angelo Hendrix en 
Catharina Reijners.     

Bron: Doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 103 r/
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 238, rechts, bron 4.

Na de geboorte van Caecilia kregen Jacobus en Martina nog drie kinderen: Matthias Reiners (gedoopt te Heythuysen 18 april 1777), Joanna Catharina Reijners (gedoopt te Roggel 19 februari 1780) en Wilhelmina Reynders (gedoopt te Heythuysen 27 december 1782). Kortheidshalve verwijs ik voor deze dopen naar de informatie in het
"Stamboomprogramma" onder de blauwe button.

Minder dan één jaar na de doop van Wilhelmina komt Martina Ketelaers te overlijden:

Begraafinschrijving van Martina Ketelaers, Heythuysen 31 oktober 1783. 

Transcriptie: 
(1783, octobris).
31ma. Obiit Martina Ketelaers, uxor Jacobi Reyners.
 
Vertaling:
(1783, oktober).
De 31
e. Overleden is Martina Ketelaers, echtgenote van Jacobus Reyners.
 
Bron: Begraafregister van de R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, fol. 112 v/ 
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, begraven 1727-1797, filmpag. 423, links, bron 6.

Het is goed om ons te realiseren in welke situatie Jacobus terecht kwam na het overlijden van zijn echtgenote.
Wanneer Martina op 31 oktober 1783 op 40 jarige leeftijd sterft, laat ze Jacobus, ook 40 jaar oud, achter met 5 kinderen. Deze hebben dan de leeftijd van: Godefridus 16 jaar, Caecilia 9 jaar, Mathias 6 jaar, Joanna Catharina 3 jaar en Wilhelmina 10 maanden. 

Op 7 januari 1784, ruim twee maanden na het overlijden van Martina, hertrouwt Jacobus Reynders met Catharina Wijers, dan 32 jaar oud. Zijn kinderen hebben weer een moeder:

Trouwinschrijving van Jacobus Reynders en Catharina Wijers, Roggel 7 januari 1784.

Transcriptie:
1784, 7 january.
Tertio proclamati matrimonio juncti sunt, 
Jacobus Reynders, baptizatus in hac parochia,
et Catharina Wijers, baptizata in Baexen,
diocesis Leodiensis, patria Thorensis. Testes
fuerunt: Martinus Hendrix, Aldegondis 
Wijers et alii.
 
Vertaling:
1784, januari.
Na drie openbare afkondigingen zijn in het huwelijk verbonden,
Jacobus Reynders, gedoopt in deze parochie, 
en Catharina Wijers, gedoopt in Baexem,
diocees Luik, land van Thorn. Getuigen
waren: Martinus Hendrix, Aldegondis 
Wijers en anderen. 

Bron: Trouwregister van de R.K. parochie H. Petrus te Roggel, 1696-1797, fol. 89 r/
Genver, Limburg, Roggel, archief-ID M9W1-FTK/ trouwen 1696-1797, filmpag. 377, rechts, bron 7.

Deze Catharina was afkomstig uit Baexem:

Doopinschrijving van Catharina Wiers, Baexem 14 september 1751.

Transcriptie:
Anno 1751.
14 septembris. Baptisata est Catharina fil
ia
l
egitima Angeli Wiers et Helena aen ge Vin, 
con
jugum. Patrini: Gisbertus aen ge Vin et Elisabeth 
Haeves.
 
Vertaling:
Het jaar 1751.
14 september. Gedoopt is Catharina, wettige dochter
van Angelus Wiers en Helena aen ge Vin,
zijn echtgenote. Peetouders: Gisbertus aen ge Vin en Elisabeth 
Haeves.

Bron: Doopregister R.K. parochie H. Jan Baptist te Baexem, 1724-1805, fol. 24 v/
Genver, Limburg, Baexem, archief-ID M9W1-FKS, dopen 1724-1805, filmpag. 32, links, bron 10.

Na 10 maanden wordt hun eerste kindje, Martinus geboren. Duidelijk een vernoeming naar Jacobus’ eerste echtgenote Martina.

Doopinschrijving van Martinus Reynders, Heythuysen 21 november 1784.

Transcriptie:
1784, novembris.
21ma natus et baptisatus est Martinus, filius Jacobi Reynders
et Catharinae Wyers, qui matrimonium contraxerunt in Roggel.
Susceperunt: Cornelius Reynders et Aldegundis Wyers.
 
Vertaling:
1784, november.
De 21
e is geboren en gedoopt Martinus, zoon van Jacobus Reynders
en van Catharina Wyers, die een huwelijk sloten in Roggel.
Peetouders: Cornelius Reynders en Aldegundis Wyers.
 
Bron: Doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, blz. 7/
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 443, rechts, bron 11.

Met Catharina is hij daarna nog 33 jaar getrouwd geweest. Met haar krijgt hij nog twee kinderen: Helena Reynders (gedoopt te Heythuysen 2 oktober 1788) en Cornelia Reynders (gedoopt te Heythuysen 4 januari 1793).

De boerderij: hoof Keupke.

Jacobus en Martina kwamen na hun huwelijk op 30 januari 1767, vanuit Leiden terug naar Heythuysen, voor de geboorte en doop van hun eerste kind, op 24 maart 1767. Het lijkt mij waarschijnlijk dat ze na de gezwinde terugkomst zijn gaan inwonen bij een van beide ouderparen.
Hun tweede kind wordt 7 jaar later, ook te Heythuysen, gedoopt. Op 31 augustus 1774. Het lijkt erop dat het echtpaar in die tussentijd een eigen boerderij is gestart of er een heeft overgenomen, op de Heide in de gemeente Heythuysen. Tijdens de eerste registratie van het Bevolkingsregister in 1805 (zie onder) woont Jacobus met zijn gezin in de gemeente Heythuysen.
In de overlijdensakte van Jacobus, in 1817, wordt deze boerderij aangeduid met de kadastrale benaming, gemeente Heythuysen, sectie Heide, nummer 211. Volgens de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel bij de kadastrale kaarten heet sectie Heide voluit Sectie A, genaamd de Heide, gemeente Heythuysen.

Hierlangs staat een uitsnede uit de Tranchotkaart van dat gebied. Bij de twee pijlen de gebouwen die, naar later blijkt, bij de boerderij Hoof Keupke horen. Deze kaart geeft de situatie weer ca 1800, op het moment dat Jacobus Reijners en Catharina Weijers met hun gezin op deze boerderij woonden.

Bron 14.




Zoon Mathias Reiners bezit deze boerderij als ze wordt opgevoerd in de kadastrale administratie (1811-1832). Ze wordt dan kadastraal aangeduid met: gemeente Heythuysen, Sectie A, genaamd de Heide, perceelnummers 144 en 146 t/m 158. Het gaat mijns inziens zeker over dezelfde boerderij.
Als in 1821 Catharina Weijers overlijdt, vindt dat plaats "in deze gemeente (Heythuysen) in haar woning op het gehucht de Heide". Ook zij woonde toen zeer waarschijnlijk op deze zelfde boerderij.
Over de omvang van de boerderij ten tijde van Jacobus, Martina en Catharina heb ik geen gegevens. De eerste informatie hierover volgt uit de eerste kadastrale kaarten en bijbehorende tafels (1811-1832). Op dat moment is zoon en bedrijfsopvolger Mathias Reiners al eigenaar van de boerderij. Die informatie bespreek ik daarom op die webpagina. Bij deze Mathias wordt naar de boerderij verwezen met de naam "Hoof Keupke". Een bevestiging dat hij de boerderij van zijn vader had overgenomen.
In een apart hoofdstuk wordt ingegaan op de gehele periode, 3 generaties, dat Hoof Keupke in eigendom was bij de familie Reijnders. Dit staat onder de kop "Thema's", "Hoof Keupke".


Intermezzo: De Fransen komen...

Aanleiding

Het ancien régime had zich in de 18e eeuw steeds verder uitgehold en implodeerde uiteindelijk tijdens de hervormingspogingen. In Frankrijk ontstond in die tijd steeds meer onvrede onder de gewone bevolking van burgers en boeren tegen de privileges van de adel en de geestelijkheid. Die onvrede betrof de klassentegenstellingen die steeds verder toenamen, de heffingen door grootgrondbezitters bij de boeren, de groeiende welvaart die bij een kleine toplaag terecht kwam en de koning die hierin niet goed manoeuvreerde tussen deze verschillende groepen. De climax kwam in 1787 toen door het disfunctioneren van het bestuur de staat Frankrijk bankroet ging. Op 14 juli 1789 kwam alle onvrede tot explosie bij de bestorming van de Bastille in Parijs, algemeen aangeduid als het begin van de gewapende revolutie.


De Franse veldtocht in de Nederlanden
De andere landen in Europa waren niet gerust op de veranderingen in Frankrijk. In 1791 werden afspraken gemaakt en trachtten zij door een gezamenlijke oorlog die veranderingen weer terug te draaien. Het keerde zich echter tegen hen. Na een chaotisch begin wonnen de Fransen steeds meer veldslagen. In 1794 drongen zij de Nederlanden binnen. In het najaar van 1794 was heel Zuid-Nederland ingenomen. De rest volgde na de jaarwisseling. In maart 1795 was heel Nederland bezet.

Hieronder staat een uitsnede uit een landkaart met de voortgang van de veldtocht. Je kunt hieruit afleiden dat onze regio ongeveer in september/oktober 1794 onder Frans bestuur kwam. De gebieden van de voormalige Republiek (geel op het kaartje) werden omgedoopt tot de vazalstaat Bataafse Republiek. De voormalige gebieden van de Oostenrijkse Nederlanden, onder bestuur van het Oostenrijkse keizerrijk (oranje en paars op het kaartje), in feite heel Zuid-Nederland en het huidige België, werden geannexeerd. Vanaf dat moment hoorden ze bij de Franse Republiek. Ze werden bestuurd vanuit Brussel. Daarbij hoorde dus ook onze regio in Midden-Limburg. Binnen de Franse Republiek viel onze streek vanaf 31 augustus 1795 bestuurlijk onder het departement van de Meuse-Inferieure (Beneden-Maas), hoofdstad Maastricht, arrondissement Roermond, kantons Weert en Roermond.

                                                De Franse verovering van de Nederlanden van mei 1794 tot juni 1795.

                                       
        Bron 15.

Veranderingen
Burgerlijke Stand
Bij decreet van 17 juni 1796 werd ook in de geannexeerde gebieden in de Zuidelijke Nederlanden de Burgerlijke Stand ingevoerd. Onder het bewind van Napoleon werd in 1804 de Code Napoléon ingevoerd. Dit burgerlijk wetboek omvat naast de Burgerlijke Stand nog vele andere zaken.
Met behulp van de Burgerlijke Stand kon Napoleon o.a. de 
dienstplicht ten behoeve van zijn leger beter afdwingen en een efficiëntere belastingheffing invoeren. Onder meer hierom werden zijn hervormingen door de overheden ook na zijn bewind gehandhaafd in de eertijds door hem bezette gebieden.
Kadaster
Het doel van het in kaart brengen van het grondgebied was een rechtvaardige belastingheffing, volgens het Franse ideaal Egalité. In 1810-1811 is Nederland helemaal in kaart gebracht. Na getouwtrek over de kwaliteit van de kaarten werd uiteindelijk in 1832 de cartering afgerond en de kadastrale beginsituatie vastgesteld in de vorm van de kadastrale kaarten met de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel, ruim na het vertrek van de Fransen dus.

In 1813 werd Napoleon verslagen, Nederland bevrijd van de Fransen en werd het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden uitgeroepen. De Franse tijd was voorbij.

Wat merkte Jacobus Reijners hiervan?
Op 30 oktober 1794, op het moment van de Franse bezetting, was Jacobus 51 jaar oud. Hij was inmiddels 10 jaar getrouwd met zijn tweede echtgenote Catharina en had kinderen in de leeftijd van 27 tot 1 jaar oud. Zij woonden samen op hun boerderij "Hoof Keupke", adres nr. 211 op de Heide te Heythuysen.
Het is mogelijk dat tijdens de veldtocht van de Fransen zij op de boerderij zijn geweest voor proviand. Meestal waren de boeren daarvan wel het slachtoffer. De bezetting zal zich verder voornamelijk afgespeeld hebben in de grote steden waar de bezetter aanwezig moest zijn om zijn macht uit te oefenen en het bestuur te voeren. Daarna sijpelde dit door naar dorpen als Heythuysen waardoor ook Jacobus Reijners en zijn gezin te maken kregen met de veranderde regels uit de nieuwe wetgeving.


Het bevolkingsregister

De eerste vermelding van Jacobus en Catharina onder het Franse regime vinden we in 1805. Met de invoering van de Burgerlijke Stand was ook het bevolkingsregister ingevoerd. Naast de momentopnames in de Burgerlijke Stand (Geboorte, Huwelijk, Scheiding, Overlijden) was het bevolkingsregister een continue administratie van de bevolking
(o.a. ook verhuizingen). Per huishouden werd de bevolking zo inzichtelijk gemaakt. Hieronder deze eerste inventarisatie:

Bevolkingsregister gemeente Heythuysen 1805-1821.

Verklaring kolommen:
1. Volgnummer register (niet gevuld).   2. Nummer gezin en naam voluit. 3. Leeftijd.   4. Beroep en relatie tot eerstgenoemde (gezinshoofd) (niet gevuld).   5. Niet gevuld. 6. Jaar /Republikeinse jaartelling. 7. en 8. Niet gevuld.
 
Bron: Bevolkingsregister gemeente Heythuysen 1805-1821, pag. 23 v en 24 r / 
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID MMBC-B5Q, bevolking 1805-1821, filmpag. 22, bron 16.

Tijdens deze opname woonde alleen Martin Reynders nog thuis.

Overlijden

Jacobus Reijners maakt het dus mee dat de Franse revolutionairen in 1794 de zuidelijke Nederlanden veroveren.

Jacobus en Catharina leven voortaan in de Franse Republiek, departement van de Beneden-Maas, arrondissement Roermond, gemeente Heythuysen.
Na de nederlaag van de Fransen in 1813 wordt in 1815 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden uitgeroepen. In dat land, in de provincie Limburg, in de gemeente Heythuysen, overlijdt Jacques Reynders in 1817:


Overlijdensakte van Jacques Reynders, Heythuysen 2 juli 1817.

Vertaling:
Akte van overlijden.
Het jaar achttienhonderd zeventien, de tweede van de maand juli, tegen 
negen uur in de ochtend, voor ons ambtenaren
van de burgerlijke stand van de gemeente Heythuysen, canton 
Weert, arrondissement Roermond, provincie 
Limburg, zijn verschenen … Laurent Hillekens,
landbouwer, en Henry Heykers, landbouwer, beiden meerderjarig, 
woonachtig in Heythuysen, naburen van de overledene, dewelken ons 
hebben verklaard dat, vandaag, de tweede van de genoemde maand juli, tegen
twee uur vanochtend is overleden in het huis nummer 
tweehonderd elf, sectie Heide, Jacques Reynders, oud 
ongeveer eenentachtig jaar, landbouwer, geboren te Roggel.
wonend te Heythuysen, echtgenoot van Catherine Wijers, zoon 
van wijlen Corneille Reynders en van wijlen Guillielmine Willekens,
in hun leven echtgenoten, en de eerste getuige verklaarde
niet te kunnen schrijven noch ondertekenen en de tweede getuige heeft ondertekend 
met ons de onderhavige akte, na aan hun gedane voorlezing, 
waarvan akte.
Gedaan te Heythuysen, datum als boven. 
Hendrycxs          Heijkers         P.T. Scheijven   
                                                                                                             
Bron: Burgerlijke stand gemeente Heythuysen, geboorten, huwelijken, overlijden 1811-1824, fol. 9 v /
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID 6580030, filmpag. 197, links, akte 33, bron 8.

Uit deze akte blijkt dat, ondanks dat de Fransen al weer 4 jaar het land uit waren, het Frans nog steeds de taal van het bestuur was. De overlijdensakte in 1817 werd netjes in de Franse formulering opgesteld, zo had men dat 20 jaar gedaan.

In deze overlijdensakte krijgen we ook voor het eerst een gedetailleerd beeld van zijn woonplaats. Jacobus is overleden in zijn woning nr 211, sectie Heide, gemeente Heythuysen.
Het kadaster was in die periode bezig met de opstelling van de eerste kadastrale kaarten en de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel. Daarbij was het kadastraal gedeelte van de gemeente Heythuysen waar Jacobus en Catharina woonden genoemd: sectie Heide. En zij hadden dus huisnummer 211.

Catherina overleeft Jacobus met ruim 4 jaar. Haar overlijdensakte is voor het eerst opgesteld in het Nederlands:

Overlijdensakte van Catherina Weijers, Heythuysen 21 december 1821. 

Transcriptie:
                     Dood van Weijers Catherina.
In het jaar achtien honderd eenentwintig, heden den eenentwintigsten
december ten acht uren s'-morgens, voor ons Sijben Hubertus Constantinus,
schout, ambtenaar ven den burgerlijken stand der gemeente Heythuysen, kanton
Weert, arrondissement Roermond, provincie Limburg, koninkrijk der Nederlanden,
zijn verschenen Hillekens Laurens, akkerman, oud achtenvijftig jaren
en Heekers Hendrik, dagloner, oud zevenendertig jaren, beide wonenden
in deze gemeente op het gehucht de Heide, naburen van de aflijvige,
dewelke ons hebben verklaard dat, heden ten vier uren 's-morgens
Weijers Catherina, daglonersse, oud drieenzeventig jaren, wonende in deze
gemeente, op gemeld gehucht de Heide, geboren te Baexen, kanton Weert,
in den jare zeventien honderd een en vijftig, weduwe van Jacob Reynders,
dochter van Weyers Engel en Jezin Helena, is overleden in hare
woning gelegen op de Heide, en na voorlezing van het tegenwoordig akte
van sterfte hebben de getuigen verklaard niet te kunnen schrijven.
                                                                                                Hub. Const. Sijben
                                                                                                          Schout   
   
Bron: Burgerlijke stand gemeente Heythuysen, geboorten, huwelijken, overlijden 1811-1824, fol. 27 r/ 
Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID 6580030, filmpag. 297, rechts, bron 12.


Bronnen

1.  Doop Jacobus Reijners, doopregister R.K. parochie H. Petrus te Roggel, 1687-1797, fol. 36 r / Genver, Limburg,
     Roggel, archief-ID M9W1-FTK, dopen 1687-1797, filmpag. 183, rechts. 
2.  Trouwakte Jacobus Rijnders en Martijntje Ketelaars, Gemeentearchief Leiden, brief 18-4-1986, archief BS
      Schepentrouwregister, nr. M, fol.236 v.
3.  Doop Godefridus Reiners, doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 90 r/ Genver,
      Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 225, rechts, bron 3.
4. Doop Caecilia Reiners, doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 103 r/Genver, Limburg,
     Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 238, rechts.
5.  Doop Wilhelmina Reynders, doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, blz. 2/ Genver,
      Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 441, links.
6.  Begrafenis Martina Ketelaers, begraafregister van de R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, fol. 112 v/Genver,
      Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, begraven 1727-1797, filmpag. 423, links.
7.  Huwelijk Jacobus Reynders en Catharina Wijers, trouwregister van de R.K. parochie H. Petrus te Roggel,
      1696-1797, fol. 89 d/Genver, Limburg, Roggel, archief-ID M9W1-FTK/ trouwen 1696-1797, filmpag. 377, rechts.
8.  Overlijden Jacques Reynders, Burgerlijke stand gemeente Heythuysen, geboorten, huwelijken, overlijden 1811-1824,
      fol. 9 v /Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID 6580030, filmpag. 197, links, akte 33.
9.  Doop Martina Ketelaers, doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, fol. 43 r /Genver,
      Limburg, Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 177, rechts.
10. Doop Catharina Wiers, doopregister R.K. parochie H. Jan Baptist te Baexem, 1724-1805, fol. 24 v/ Genver, Limburg,
       Baexem, archief-ID M9W1-FKS, dopen 1724-1805, filmpag. 32, links.
11. Doop Martinus Reynders, doopregister R.K. parochie H. Nicolaas te Heythuysen, 1651-1797, blz. 7/Genver, Limburg,
      Heythuysen, archief-ID M9W1-FL2, dopen 1716-1800, filmpag. 443, rechts.
12. Overlijden Catherina Weijers, Burgerlijke stand gemeente Heythuysen, geboorten, huwelijken, overlijden 1811-1824,
      fol. 27 r/ Genver, Limburg, Heythuysen, archief-ID 6580030, filmpag. 297, rechts.
13. "Nederweerts Verleden, Het dorp en zijn heerschappen" (1985), Stg. Geschiedschrijving Nederweert onder redactie
       van Alfons Bruekers, pag. 47; Teuten, schepers en blekers of, Nederweerter reislust op het einde der 18e eeuw.
14. TijdReizen In Limburg (TRINL), kaart ca 1800, gebaseerd op de Tranchotkaart 1804-1808.
15. Wikipedia, "Franse veldtocht in de Nederlanden", kaart van Hans Erren.
16. Bevolkingsregister gemeente Heythuysen 1805-1821, pag. 23 v en 24 r / Genver, Limburg, Heythuysen,
       archief-ID MMBC-B5Q, bevolking 1805-1821, filmpag. 22 .
17. “Limburgse voorouders”, Regis de La Haye, Maastricht 2005.
18. “Oud schrift in Limburg”, Truus Roks, RHCL, 2011.


Share by: